Bekijk het lied: Brrr, wat is het koud

Muzikale spelletjes

  • Baby 0-1 jaar

Met dit liedje ben je vooral bezig met de grote motoriek en het voelen van de maat.

Neem je baby op schoot en doe de volgende bewegingen tijdens het zingen:

“Brrr, wat is het koud”: warme knuffel geven aan elkaar.
“mijn benen staan te trillen”: wrijf over de benen van je baby.
“Brrr, wat is het koud”: warme knuffel herhalen.
“ik heb 2 bibberbillen”: wiebel je benen snel heen en weer van links naar rechts tot je baby bibberbillen krijgt.
“Stamp met je voeten, dan wordt je lekker warm 2x”: beweeg je benen om de beurt op en neer in de maat.

  • Dreumes 1-2 jaar

Met dit liedje ben je bezig met de grote motoriek en het voelen en benoemen van je eigen lichaam.

Ga staan en doe de volgende bewegingen tijdens het zingen:

“Brrr, wat is het koud, mijn benen* staan te trillen”:  wrijf over je benen.
“Brrr, wat is het koud, ik heb 2 bibberbillen”: wiebel met je billen.
“Stamp met je voeten, dan wordt je lekker warm 2x”: stamp in de maat van het liedje op de plaats of door de ruimte.

Vervang de tekst “mijn benen* staan te trillen” door andere lichaamsdelen die gaan trillen. Enkele voorbeelden:

  • mijn lippen moeten trillen” en beweeg met je vinger over je lippen tot je flubbergeluiden krijgt.
  • mijn handen moeten trillen” en wapper dan met je handen.
  • mijn oren moeten trillen” en flapper met je oren.

Veel dreumesen vinden het fijn om wat langer te stampen dan in dit liedje wordt aangegeven. Los het op door rond te blijven stampen terwijl je regel 1 en 2 over de benen en billen op tralala zingt.

  • Peuter 2-4 jaar

Met dit liedje ben je vooral bezig met de grote motoriek en met het ontwikkelen van eigen creativiteit door zelf dingen te verzinnen en uit te beelden.

Doe alle bewegingen zoals bij de dreumes in het begin beschreven staat. Laat de kinderen daarna zelf bewegingen verzinnen om het warm te krijgen door de laatste regel te veranderen. Enkele voorbeelden: spring met je voeten, ren door de kamer, blaas in je handen en dans met je knuffel.

  • Vanaf 4 jaar

Tijdens het spelen op de instrumenten ben je vooral bezig met de kleine motoriek en door om de beurt te spelen ben je met een activiteit bezig die goed is voor de sociale ontwikkeling. 

Zing het liedje voor en doe de bewegingen erbij zoals bij de dreumes en peuter is beschreven. Al snel gaan de kleuters met je mee zingen. Daarna kun je het liedje met instrumenten uitbeelden.

Je hebt nodig: maracas (sambabal), triangel, schellenring (tamboerijn zonder vel) en een handtrommel.

Image result for sambabalImage result for triangelImage result for sambabal Image result for tamboerijnImage result for handtrommel

sambabal               triangel                 sambabal           schellenring                       handtrommel

“Brrr, wat is het koud”: schud de maracas heen en weer.
“mijn benen staan te trillen”:  triangel. beweeg het ijzeren stokje in een van de hoekjes snel heen en weer.
“Brrr, wat is het koud”: schud de maracas heen en weer.
“ik heb 2 bibberbillen”: sla op de rand van de schellenring of schud ermee.
“Stamp met je voeten, dan wordt je lekker warm 2x”: sla in de maat van het liedje op de handtrommel.

Als de kinderen ook nog andere bewegingen verzinnen ipv. stampen dan is het ook leuk om samen na te denken over welk instrument daar dan het beste bij past.

Mocht je geen instrumenten hebben dan kun je natuurlijk ook muziek maken met materialen die je wellicht wel hebt. Een maracas kan ook een pak rijst zijn, een triangel een kopje met lepel, schellenring een potje met muntjes en een handtrommel een dienblad.